Parijs, Normandië en het impressionisme

Het impressionisme heeft heel wat sporen achtergelaten in het gebied van Parijs tot Rouen en Le Havre. Ook nu nog is er van alles te zien wat herinnert aan die bijzondere tijd. En dat is geen toeval ook: hier ontstond de stroming die de kunstgeschiedenis voor eens en voor altijd veranderde.

Het begin

Alles begon in Le Havre met het doek Impression, soleil levant (Impressie, opkomende zon) dat Monet in 1872 schilderde en waar de kunststroming naar vernoemd is. In de haven wist de jonge kunstenaar met losse toetsen, vroeg in de ochtend, het eerste zonlicht te vangen. Hij vereeuwigde het gevoel van dat moment, het kleurenspel, de zachtheid van het licht. En dat in een tijd waarin het realisme de norm was. Kunstenaars maakten vooral zeer gedetailleerd uitgewerkte historische en religieuze werken. Een groep vrienden, onder wie Monet, Renoir en Pissarro, stortte zich in het avontuur van de moderne kunst…

Parijs, de revolutie hangt in de lucht

Paris was de hoofdstad van de kunstwereld. De bruisende sfeer trok heel wat kunstschilders aan. Degas schilderde de sfeer van de opera, Caillebotte de drukte op de boulevards en Renoir het leven in Montmartre. Manet, Monet en Pissarro werkten ook in Parijs. Ze kregen zware kritiek van de officiële Salons, maar vanaf 1890 groeide de belangstelling van het publiek. In Parijs waren heel wat plekken waar de impressionisten zich door lieten inspireren, de sfeer was er levendig en uitbundig, ideaal voor kunstschilders. Vandaar ook dat in Parijs nu ’s werelds grootste collectie impressionistische werken is te vinden.
De kunstenaars trokken vanuit Parijs ook naar de gebieden net buiten de stad. De aanleg van de spoorwegen en de uitvinding van de verftube, maakten het steeds makkelijker om op zoek te gaan naar nieuwe plekken én om buiten te schilderen. Dat bracht een grote revolutie teweeg.

De Seine, de kleuren van het geluk

In de doeken zit iets vrolijks, iets levendigs, het alledaagse geluk. In Chatou, Bougival of op het Ile de la Jatte legden de impressionisten vast hoe de mensen er genieten van het leven, met bootjes en eettentjes ana het water. Denk aan Le Déjeuner des Canotiers (Lunch van de Roeiers) van Renoir of La Grenouillère van Monet. De kunstschilders trokken langs de Seine en gingen aan het werk in droomdorpjes als La Bouille, waar de sfeer ook nu nog betoverend is. Iets verderop, stroomopwaarts experimenteerden de impressionisten in Rouen. Op één dag verandert deze stad net zo vaak van sfeer als van kleuren. Het is dan ook goed te begrijpen waarom Monet juist hier zijn serie Cathédrales (Kathedralen) schilderde en waarom Pissarro gek was op de wijk aan de rivier. Tot slot, ook Giverny was een doorbraak. Monet koos ervoor om zich in 1883 in dit dorpje in de Eure te vestigen en een tuin aan te leggen die tegelijk zijn atelier werd. Daar ging hij wonen en schilderen. Hij maakte er enkele van zijn beroemdste werken zoals de series van de Meules (Hooibergen), de Peupliers (Populieren) en de Nymphéas (Waterlelies).

Normandie, bron van inspiratie

Het groene, glooiende landschap was een onuitputtelijke bron van inspiratie en het was moeilijk om de met licht overgoten oevers en kusten te weerstaan. In Etretat werkte Monet vlak bij de beroemde Naald en in Le Havre raakte Pissarro gefascineerd door de sfeer in de haven. In Dieppe lijkt het nog altijd net of u door de werken slentert van Renoir of Eva Gonzales, een van de weinige vrouwen in de beweging. De sfeer in Honfleur is met gevoel vastgelegd door Boudin. Hij is in deze kustplaats geboren, de wolkenluchten zijn hier elk moment weer anders en meestal betoverend mooi. Nog steeds zijn hier verschillende kunstateliers te vinden. De bron van het impressionisme is terug te vinden aan de ruige kust van de Cotentin. U wandelt er in de voetsporen van Millet, een van de voorlopers van het impressionisme. Hij schilderde in de open lucht en stond zo aan het begin van een revolutie.